|
Onderlinge afstelling van meetinstrumenten, gegevens en
communicatie inzake waterbeheer verbeteren
De laatste jaren is onze kennis over o.m. het waterbeheer en de beveiliging
tegen overstromingen sterk toegenomen. In dit verband zijn er bijvoorbeeld heel
wat nieuwe meetpunten geïnstalleerd op de (onbevaarbare) waterlopen en de bevaarbare
waterwegen die vervolgens in een informatiemodel werden samengebracht en die een
sterk verbeterd overzicht en inzicht geven over de 'waterontwikkelingen' in elke
zone van een rivierwaterbekken.
Bovendien zijn deze gegevens via het internet permanent
voor iedereen bereikbaar. Ook weersvoorspellingen en info over gevallen neerslag
werden accurater en toegankelijker. Als alle info van o.m. waterstanden, gevallen en
verwachte neerslag in de beschikbare beheermodellen aan elkaar gekoppeld wordt, is
het zelfs mogelijk om overstromingen te voorspellen (of de kans ertoe), inclusief
de plaats waar ze zich waarschijnlijk zullen voordoen.
In Vlaanderen bv. werd de
laatste jaren op dit vlak van kennis belangrijke vooruitgang gerealiseerd. De
dagen voorafgaand aan het weekend van 14/15 november 2010 werd herhaaldelijk
gewaarschuwd voor mogelijke overstromingen in de Zennevallei.
Jammer genoeg is ondertussen gebleken dat in november 2010 de onderlinge
interregionale afstelling van de gegevens, hun registratie en weergave, niet
volledig compatibel was. Deze situatie maakte dat sommige waterbeheerders geen
volledig overzicht hadden over het geheel van het stroombekken, althans niet in
het verfijnde, geïntegreerde digitale model, of er misschien in de praktijk
onvoldoende gebruik van maakten. Deze nieuwe beheermodellen zouden nochtans
toelaten om veel sneller aankomende of te verwachten evoluties of ontwikkelingen
op te merken waardoor ook tijdig en meer passend zou kunnen gereageerd of
geanticipeerd worden.
Vooral de situatie in Brussel lijkt ons in dit verband problematisch. Als men
daar bijvoorbeeld wacht tot bepaalde noodsituaties (bijvoorbeeld een piek van
massale waterafvoer) zich effectief manifesteren in Brussel zelf (waarneembaar
vanaf de sluis van Anderlecht) in plaats van via de beschikbare digitale
meetsystemen langer op voorhand overzicht te verkrijgen op de evolutie in het
stroomopwaarts gelegen Vlaamse en Waals kanaalgedeelte, dan ontneemt men zichzelf
de nodige tijd en middelen om doeltreffend te anticiperen en reageren. Met in
sommige gevallen ook negatieve gevolgen voor de eigen en voor de opwaarts
gelegen installaties en streek.
De beelden van het volledig overstroomde sluisplateau van Molenbeek in het weekend
van 14/15 november 2010 en de wellicht hiermee verbonden elektriciteitsproblemen
voor de werking van deze sluis, geven sterke aanwijzingen van mogelijke disfuncties
op dat vlak.
Het zou ook een bijzonder aandachtspunt moeten zijn dat alle mensen
die in noodsituaties geacht worden aan een gemeenschappelijk probleem samen te
werken, mekaar vooraf kennen, elkaars telefoonnummer hebben en regelmatiger met
elkaar communiceren. Vlaanderen, Brussel en Wallonië mogen elkaar op dit vlak
mekaar niet langer beschouwen als 'buitenland'.
Coordinatie Zenne
|
|