werkgroep en partner
van Grenzeloze Schelde-
Escaut sans Frontières
vzw/asbl
 
ZENNEKRANT 13 (-> terug naar inhoud)

Eerste opdracht: water maximaal vasthouden en bergen en daarna pas afvoeren volgens een systeem met grote regelbaarheid inzake debiet.

Het belang van de toepassing van de algemene principes van waterbeheersing en integraal waterbeheer kan niet overschat worden: eerst het water zoveel mogelijk vasthouden op de plaats of de directe omgeving waar het valt, zodat zoveel mogelijk in de grond kan sijpelen (tegen verdroging), nuttig kan hergebruikt worden (bijvoorbeeld: regenputten) en/of vastgehouden worden (bv. door groendaken).

Vasthouden

Vasthouden kan ook in het bekenstelsel zelf, door in beken en riviertjes meer afdammingen te maken en/of regelbare stuwen te plaatsen. Door de graad van regelbaarheid van deze stuwen te verhogen en door alle territoriaal verspreide regelingen te laten werken binnen een geïntegreerd systeem, kan niet alleen beter ingespeeld worden op specifieke plaatselijke noodsituaties - als gevolg van bijvoorbeeld zware plaatselijke (zomer-)onweders - , maar verbetert het globale waterafvoerresultaat aanzienlijk. In dit verband kunnen we veel leren van ons buurland Nederland.

Bergen

In tweede instantie moet men het hemelwater dat niet ter plaatse kan vastgehouden worden zoveel mogelijk bufferen door de aanleg van specifieke voorzieningen voor waterbuffering en van overstromingsgebieden. Terzake kunnen we verwijzen naar het speciaal dossier 'wateroverlast' van Grenzeloze Schelde (binnenkort online op www.grenzelozeschelde.org).
  • Water bergen, kan vooral in de Waalse bovenloop van het Zennebekken:
    Wat betreft het vertragen en bergen van water in de beken en zijrivieren zijn er meer mogelijkheden in het meest zuidelijk deel van het Zennebekken - weinig verstedelijkt gebied, wel veel open, groene ruimte - dan in de streek van de steden Tubize, Halle en Brussel.
    Het is dus evident dat overstromingsgebieden vooral en zo spoedig mogelijk gerealiseerd moeten worden in de deelbekkens van de bijrivieren Samme, Hain en Senette en in het deel van de Zenne stroomopwaarts Tubize.
    Er moet ook onderzocht worden of de grote wateroppervlakten van het oude Kanaal Charleroi-Brussel, dat evenwijdig loopt met de Samme tussen Seneffe en de benedenzijde van Ronquières, niet in grotere mate kan ingeschakeld worden voor waterbuffering dan momenteel het geval is. Hetzelfde zou moeten onderzocht worden voor het gedeelte van het oude Kanaal Charleroi-Brussel op de linkeroever (Ittre, Virginal) van het Zennekanaal.
  • Zennebeemden:
    Stroomafwaarts Halle en stroomopwaarts Anderlecht is er maar één zone waar de Zenne in principe nog zonder schade kan overstromen en dat is de zone van de Zennebeemden op de grens van Beersel, Ruisbroek (Sint-Pieters-Leeuw) en Drogenbos. Jammer genoeg is de capaciteit van dit natuurlijke overstromingsgebied beperkt. Het gaat hier immers om een vlak landschap en er is maar een klein niveauverschil tussen het waterniveau van de Zenne en het omliggende land, met o.m. het gevaar dat de autoweg E19 zou overstromen.
Coordinatie Zenne


ZENNEKRANT 13 (-> terug naar de tekst)